Een achttienjarige meisje uit Joure, die vorig jaar mogelijk het slachtoffer werd van eerwraak, is overleden door verdrinking. Haar lichaam werd in mei vorig jaar gevonden in het water langs de Knardijk in Lelystad, en het Openbaar Ministerie (OM) heeft tijdens een recente pro-formazitting meer details onthuld over het onderzoek naar haar overlijden. Het lichaam van het meisje was vastgebonden met tape en vertoonde sporen van DNA van haar vader en broer. De zaak is met name beladen door het vermoeden van eerwraak, een extreem vorm van eer gerelateerd geweld.
Vastgebonden en In Bedwang Gehouden
Het onderzoek suggereert dat het meisje mogelijk levend in het water is terechtgekomen en is verdronken. Haar handen en benen waren met in totaal 18 meter tape vastgebonden, en haar mond was eveneens afgeplakt. Het OM heeft bevestigd dat DNA van haar vader, Khaled Al N., werd aangetroffen op de tape, waaronder aan de plakzijde. Dit wijst erop dat hij haar mogelijk heeft vastgebonden. Volgens de officier van justitie zou de vader eerst haar schoenen hebben uitgetrokken voordat hij haar enkels strak vastmaakte.
Er werd verder bewijs gevonden onder de nagels van het meisje, waarcelmateriaal van haar vader werd aangetroffen. Dit duidt op verzet van haar kant, mogelijk tijdens de confrontatie met haar vader.
DNA en Sporen van de Broer
Naast de sporen van haar vader werd ook DNA van haar broer, Mohamed Al N., aangetroffen. Haar twee telefoons werden in het water gegooid, en de hoesjes hiervan werden gevonden in haar schoenen. Op één van de hoesjes werd een vingerafdruk van haar broer ontdekt. Dit bewijs kan mogelijk de betrokkenheid van de familieleden aantonen in de zaak.
Doodsverwensingen en Chats
Het OM heeft chats gedeeld waarin familieleden, waaronder haar vader, zich uitlieten over het meisje. De vader zou onder andere hebben geschreven: “Ik hoop dat ze in een kist terugkomt” en “ze heeft een kogel in haar hart nodig en gif in haar lijf”. Haar broer, Mohamed, schreef: “Als zij aan het liegen is en ons nog meer gezichtsverlies gaat bezorgen, moet ze afgestraft worden.” Deze uitlatingen versterken het vermoeden van eerwraak, waarbij de familie-eer door het meisje zou zijn geschonden.
Pro-Formazitting en Verdachten
Tijdens de derde pro-formazitting werden de broers Mohamed Al N. (22) en Muhanad Al N. (24) in de rechtbank toegelaten. Zij ontkennen enige betrokkenheid bij de dood van hun zus en wijzen naar hun vader, Khaled Al N., die momenteel vermoedelijk in Syrië verblijft en niet aanwezig was bij de zitting. De vader zou eerder in media-uitingen hebben toegegeven de moord gepleegd te hebben, maar stelde zijn zoons onschuldig te zijn.
Eerwraak als Motief
Het Openbaar Ministerie gaat ervan uit dat het meisje mogelijk het slachtoffer is geworden van eerwraak, een extreem vorm van geweld waarbij de familie-eer wordt ‘gezuiverd’ door het doden van een familielid. Amnesty International stelt dat eerwraak geen religieus fenomeen is, maar eerder een sociaal-cultureel probleem. De zaak roept vragen op over de mate van eergerelateerd geweld dat in sommige gemeenschappen kan plaatsvinden, wat de ernst van deze tragedie alleen maar benadrukt.
Het onderzoek naar de dood van het meisje uit Joure is nog gaande. Verdere details zullen naar verwachting in de komende rechtszittingen aan het licht komen.
Geef een reactie